Het nieuwe rapport van de onderwijsinspectie “De staat van het onderwijs 2018” was nog niet koud de wereld in gestuurd of er ontstond een flinke ontploffing van meningen en ideeën over hoe het komt en hoe het anders moet. Check maar eens #svho… Wat is de oorzaak van het teruglopen van het niveau van de leerlingen? Van de onderwijsvernieuwingen tot de financiering, van domme slecht opgeleide leerkrachten tot leerkrachten die wel kunnen en willen maar die veel teveel werkdruk ervaren en ook nog eens te weinig verdienen. Van een samenleving die alles over de schutting van de school mikt, tot ouders die het te druk hebben om hun kind thuis te begeleiden. Van kinderen die veel teveel moeten, tot passend onderwijs… Alles wordt genoemd. Het een kan helemaal waar zijn, het andere ook. Kan ’t niet zelfs allemaal een beetje waar zijn? Maar als je tegenover elkaar gaat staan, elkaar probeert te overtuigen is de oplossing steeds verder uit beeld. En ja….soms is onderwijs net als voetbal: 10 miljoen coaches langs de zijlijn. Heel begrijpelijk want we hebben allemaal op school gezeten en zijn dus in iedere geval ervaringsdeskundige. Maar wat schiet je ermee op als je energie gaat stoppen in hakketakken op elkaar. Laten we het lef hebben om te leren van scholen die het goed doen. Wat doet die school die met dezelfde populatie een veel hoger niveau bereikt dan die andere school? Daar is kennis aanwezig over effectief taal-, lees-, en rekenonderwijs, daar wordt goed samengewerkt. Deel die ervaring. Werk samen, luister naar elkaar. Erken dat er verschillen zijn. Reflecteer en wijs niet naar de ander. Ik denk dat het echt niet zoveel uitmaakt of kinderen nou leren in een leerplein, een unit of een klaslokaal. Als de instructie maar goed georganiseerd en van hoge kwaliteit is. Dan kunnen kinderen leren, zijn ze gemotiveerd. En uiteraard is daarvoor een veilige sfeer nodig, waarin je fouten mag maken. Ik zou het heel zonde vinden als we door dit rapport terug gaan vallen in een “vroeger was alles beter” houding. In de 6eklas van mijn eigen basisschool werd de groep onderverdeeld in twee “domme rijen” en een “slimme” (ja echt!). Tot overmaat van ramp zaten we ‘t grootste deel van de dag geplakt achter dat kleine tafeltje. En ik maar naar buiten staren… Dat ik in de “slimme” rij zat hielp daarbij echt niet. Zo moet je het toch niet meer willen, nu er meer bekend is over hoge verwachtingen en over de invloed van bewegen op leren. We kunnen wachten tot het lerarentekort is opgelost, de werkdruk is afgenomen, het salaris is verhoogd. We kunnen ook aan de slag gaan. Beginnen met een kijkje te nemen bij die leerkracht op die school waar de resultaten goed zijn. Geen tijd verliezen met gebakkelei over wie gelijk heeft. Aan de slag, want dat verdienen onze kinderen, juist die kinderen die nu met een te laag taal- en rekenniveau de basisschool verlaten.